ACM stelt 2025 tarieven voor regionale netbeheerders en TenneT vast

Stijging

In 2025 betalen alle afnemers van de regionale elektriciteits- en gasnetten - van onder meer Liander, Enexis en Stedin - in totaal ca. 7,9 miljard euro aan transportkosten. In 2023 was dit nog ca. 6 miljard euro en in 2024 ca. 7 mrd euro. Afnemers van het HS en EHS-net van TenneT betalen in 2025 ca. 2,6 miljard euro, vergelijkbaar met 2024 maar een verdubbeling (!) t.o.v. 2023 (1,3 mrd euro). De tarieven stijgen omdat elektriciteitsnetbeheerders grote investeringen moeten doen om hun netten te verzwaren en uit te breiden. Om de klimaatdoelen te behalen schakelen veel energiegebruikers  - waar de netcongestieproblematiek dat tenminste toelaat - over van fossiele brandstoffen naar elektriciteit opgewekt uit duurzame bronnen. Daarom moet er steeds meer duurzaam opgewekte elektriciteit getransporteerd worden. Door de politieke keuze om hernieuwbare elektriciteit in belangrijke mate via grote windparken op zee op te wekken moet TenneT ook grote investeringen doen in de aanleg van het net op zee.

De ACM heeft in mei van dit jaar al een besluit genomen over de gastransporttarieven van GTS. Die tarieven stijgen in 2025 gemiddeld met maar liefst 52 procent. De stijging t.o.v. 2023 ligt rond de 30 procent, rekening houdend met de incidentele daling van de tarieven over 2024.

Vaststelling

De ACM stelt de tarieven van netbeheerders jaarlijks vast op basis van de tariefvoorstellen van de netbeheerders. De ACM zorgt ervoor dat netbeheerders voldoende inkomsten hebben voor onderhoud, afschrijvingen, kapitaalslasten en voor investeringen. Daarbij zorgt de ACM ervoor dat de tarieven van netbeheerders niet hoger zijn dan noodzakelijk. Uitgangspunt hierbij is dat gebruikers van het net - bij elektriciteit de eindgebruikers en bij gas de invoeders en onttrekkers -  betalen voor de kosten die zij veroorzaken.

TenneT

De transportkosten van TenneT voor een gemiddelde aangeslotene op het EHS-net dalen met zo'n 8% ten opzichte van 2024 en op het HS-net stijgen ze met circa 0,4%. Hoewel de totale kosten die TenneT in rekening mag brengen via de tarieven t.o.v. 2024 ongeveer gelijk blijven, zijn er omvangrijke ontwikkelingen van specifieke kostenposten. Zo dalen de inkoopkosten voor energie en vermogen fors door de gedaalde elektriciteitsprijzen t.o.v. 2022, terwijl de kosten voor het net op zee fors stijgen. Het ministerie van Klimaat en Groene Groei heeft besloten de subsidie voor de eerste fase van de aanleg van het net op zee vanaf 2025 te maximeren op 181 miljoen euro per jaar. Dat betekent dat het resterende deel van de toegestane inkomsten voor de eerste fase van de aanleg van het net op zee, net als de volledige toegestane inkomsten voor de tweede fase, via de tarieven betaald moet worden. Daarnaast worden de effecten van de uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in juli 2023 in de toegestane inkomsten verwerkt, met correcties voor de jaren 2022 tot en met 2024 en hogere inkomsten voor het jaar 2025 zelf.

Prognose

Uit een onderzoek naar de tariefontwikkelingen tot het jaar 2050 volgt dat de kosten voor de gebruikers van het elektriciteitsnet de komende 25 jaar stijgen van ca. 7 naar 18-25 miljard euro per jaar. Voor grootverbruikers zullen de tarieven rond 2050 waarschijnlijk 2 - 3 keer hoger zijn dan nu. Deze prognose van de ACM komt overeen met eerdere prognoses van netbeheerder TenneT en met onderzoeken van enkele onderzoeksbureaus.

Bron: ACM

VEMW stelt, wanneer alle tarieven voor elektriciteit, gas, water en de relevante belastingen voor 2025 vastgesteld en bekend zijn gemaakt (verwachting: eind december 2024 - januari 2025), voor haar leden weer een overzicht op. Leden die hierop niet willen wachten: de ACM tariefbesluiten en tariefbladen voor de regionale netbeheerders en TenneT zijn hier te vinden.