NEa-cijfers: Industrie gedwongen om productie te verminderen en zelfs activiteiten te stoppen
Productievermindering als optie om de hoge CO2-kosten bij te benen, maar CO2-efficiƫntie 3,2% lager in 2023.
De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) heeft de gemiddelde CO2-efficiëntie van Nederlandse bedrijven onder het EU ETS gepubliceerd voor de periode 2021-2023. NEa constateert een afname van de CO2-efficiëntie door verminderde productie en het uitblijven van investeringen die de efficiëntie verbeteren.
Benchmarks
Bedrijven onder het EU ETS krijgen gratis emissierechten om koolstoflekkage te voorkomen. Deze gratis rechten worden berekend op basis van benchmarks. De Europese Commissie stelt benchmarks vast voor elke sector, gebaseerd op de 10% meest CO2-efficiënte installaties in de EU. Bedrijven die net zo efficiënt zijn als de benchmark ontvangen emissierechten die het merendeel van hun uitstoot dekken. Bedrijven die minder efficiënt zijn dan de benchmark ontvangen minder gratis rechten en moeten emissierechten bijkopen, wat hun productiekosten verhoogt. De hoeveelheid rechten die een bedrijf ontvangt, wordt ook aangepast op basis van de productieomvang, zodat het aantal gratis rechten overeenkomt met de werkelijke uitstoot op basis van productie. Gemiddeld lag de CO2-efficiëntie van Nederlandse bedrijven in 2023 16,9% lager dan de Europese benchmark, wat resulteerde in een gemiddelde daling van 3,2% in vergelijking met 2021.
Concurrentiekloof
De Nederlandse industrie kampt met een concurrentiekloof, in vergelijking met andere EU-landen. Dit komt voornamelijk door hoge energiekosten, het gebrek aan mogelijkheden om deze te vermijden en de kosten van CO2-uitstoot. Om concurrerend te blijven, wordt de industrie gedwongen de productie te verminderen. Dat verklaart de lagere uitstoot van de industrie, niet CO2-efficiënter produceren.
Hans Grünfeld, algemeen directeur van VEMW:" Het rapport van NEa laat zien dat we kansen laten liggen om onze industrie te verduurzamen en ons verdienvermogen te vergroten. De industrie is een belangrijk onderdeel van de oplossing om de emissiereductiedoelstellingen te halen. Wat we nodig hebben, is handelingsperspectief voor de industrietransitie, niet het verminderen van productie of het stoppen van activiteiten.”