Nieuw Ministerie voor Klimaat en Groene Groei biedt kansen industrietransitie
VEMW benoemt een vijftal essentiële voorwaarden voor realisatie potentieel
Er komt een nieuw ministerie. De nieuwe minister voor Klimaat en Groene Groei - Sophie Hermans - die zich gaat richten op duurzame groei heeft het belang van samenwerking benadrukt om in Nederland vooruitgang te boeken met een industrie die duurzame oplossingen gaat bieden voor aanpak van de klimaatuitdagingen. VEMW reikt de nieuwe minister de hand om in dialoog samen te werken om het vergroeningspotentieel te benutten en het vestigingsklimaat te verbeteren. Een vijftal randvoorwaarden zijn daarvoor essentieel.
Industrie
De industrie biedt vanuit kennis, expertise, vestigingsklimaat en handelsgeest mogelijkheden om als land een toekomstbestendig groen verdienvermogen te realiseren. Doordat de industrie met vestiging in ons land ons direct van strategische goederen voorziet, zijn we minder afhankelijk van derde landen en daardoor minder gevoelig voor verstoringen in internationale toeleveringsketens. Aangezien de industrie ongeveer 40 procent van de totale energievraag gebruikt, kan zij het vliegwiel zijn om de belofte van de energietransitie te vervullen, waarbij koolstofarme energiedragers ook in niet-industriële toepassingen gebruikt kunnen worden.
Samenwerking
VEMW, als belangenbehartiger en kenniscentrum van de zakelijke energie- en watergebruikers, zoekt actief samenwerking met het ministerie en andere partijen in de voortbrengingsketens. Vooral in dit tijdsgewricht van een kabinetswissel, met de vorming van een nieuw ministerie, is het van cruciaal belang om duidelijk te maken wat de huidige situatie in de industrie is en wat er nodig is om de industrie met transitie perspectief in Nederland te behouden.
Handelingsperspectief
Om ervoor te zorgen dat de industrie kan bijdragen aan het groene verdienvermogen van Nederland en het behalen van de klimaatdoelen, is steun van en samenwerking met de overheid vereist. De industrie heeft handelingsperspectief nodig, wat betekent dat er beschikbaarheid van opties moet zijn om daadwerkelijk duurzamer te worden. VEMW benoemt een vijftal essentiële voorwaarden: de beschikbaarheid en betaalbaarheid van groene elektriciteit, de ontwikkeling van een koolstofarme waterstofmarkt, aanleg van en toegang tot CCS-infrastructuur, het waarborgen van de aardgasvoorziening en speciale aandacht voor de rol van WKK-installaties.
Hans Grünfeld, algemeen directeur van VEMW: “We moeten de vorming van het nieuwe ministerie aangrijpen als kans om het huidige vestigingsklimaat voor de industrie te verbeteren. We streven naar nauwe samenwerking tussen de industrie en de overheid, waarbij de industrie wordt ondersteund en gestimuleerd om haar emissies te verminderen. We hebben gezien hoe de concurrentiekracht van de Nederlandse industrie achteruitgaat en we moeten nu handelen om het groene potentieel daadwerkelijk te benutten.”