De 264 bedrijven binnen de Nederlandse industrie die vallen onder het Europese emissiehandelssysteem (EU-ETS) zijn met 13,8 procent in 4 jaar tijd 1,1 procent dichter bij de Europese top-10 benchmark gekomen. Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa). Met de 20 grootste uitstoters wordt overleg gevoerd om tot maatwerkafspraken te komen.
Benchmark CO2-efficiëntie
De grootste CO2-uitstoters binnen de Nederlandse industrie moeten verplicht deelnemen aan het EU-ETS. De NEa verzamelt en rapporteert van al deze bedrijven jaarlijks de CO2-uitstoot. Hoe CO2-efficiënt een bedrijf produceert, wordt bepaald door vast te stellen hoeveel CO2 er wordt uitgestoten bij de productie van een vaste hoeveelheid product, zoals staal, papier of glas.
Binnen het EU-ETS worden zogeheten benchmarks vastgesteld voor de CO2-intensieve producten. De benchmarks zijn gebaseerd op de 10 procent meest CO2-efficiënt producerende bedrijven in Europa. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar alle bedrijven in Europa binnen het EU-ETS die staal produceren en hoeveel CO2 zij uitstoten per ton staal. De gemiddelde efficiëntie van de 10 procent schoonste staalproducenten is dan de basis voor de nieuwe benchmark voor staal.
Nieuwe gegevens
In 2021 zijn de huidige benchmarks ingevoerd in het EU-ETS op basis van gegevens die zijn aangeleverd in 2018. Sindsdien moeten bedrijven elk jaar productiegegevens aanleveren waarmee de CO2-efficiëntie kan worden bepaald. Met die gegevens kan onderzocht worden wat de ontwikkeling is van de Nederlandse industrie ten opzichte van de benchmarks. In 2021 zat de Nederlandse industrie, die deel uitmaakt van het CO2 emissiehandelssysteem (EU-ETS) 13,8 procent af van de Europese benchmark. Dat is 1,1 procent beter dan in 2018 (14,9 procent). Als de Nederlandse industrie zou presteren op het niveau van de benchmark in 2018, zou er i.p.v. 0,45 Mton zo'n 6,1 Mton CO2 minder uitgestoten kunnen worden bij een gelijke productie. De sectoren waar de meeste CO2 wordt uitgestoten ten opzichte van de benchmark zijn de olieraffinage, chemische industrie en metaalsector. Beide laatstgenoemde sectoren zitten relatief dichter bij de benchmark dan de sector winning van aardolie en aardgas, maar veroorzaken ook veel meer CO2-uitstoot, waardoor de impact van verduurzaming in die sectoren groter zal zijn.
Maatwerkafspraken
De 10 grootste industriële uitstoters zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor circa 4,8 Mton van de in totaal 6,1 Mton CO2 die de industrie uitstoot ten opzichte van de Europese benchmarkwaardes. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) is met de top-20 bedrijven in overleg om maatwerk afspraken te maken om de emissies fors te reduceren door innovatie en verduurzaming.