Terug naar nieuws

REPowerEU: een ambitieuze strategie om te stoppen met import van Russische fossiele grondstoffen

Ambitieuze maatregelen met onduidelijke implicaties en kosten.

Gassen Klimaat Beleid en toezicht23 mei 2022Karin Burghouwt

Afgelopen woensdag publiceerde de Europese Commissie het REPowerEU package. Dit pakket heeft de taak om de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen, waaronder aardgas, in hoog tempo af te bouwen door middel van een weerbaarder energiesysteem en een sterkere Energie Unie. De Commissie wil dit bereiken door middel van de volgende acties:

  • Het besparen van energie;
  • Het diversifiëren van aanbod;
  • Het vervangen van fossiele brandstoffen door de energietransitie te versnellen;
  • Door slim investeringen en hervormingen te combineren.

In dit pakket zitten verhogingen van de ambities die de Europese Commissie voorgesteld heeft met Fit For 55. VEMW staat positief tegenover de ambitie om de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen gezamenlijk te verminderen. Alleen stelt VEMW vragen bij de snelheid, haalbaarheid, betaalbaarheid en doeltreffendheid van de voorstellen. Deze transitie en ambitie moeten niet ten koste van het draagvlak van de energietransitie gaan en het voortbestaan van de industrie in gevaar brengen.


De voorstellen van de Europese Commissie

De Europese Commissie stelt vier methoden voor om de afhankelijkheid van import uit Rusland te verminderen. De eerste methode, energiebesparing, wil de commissie inzetten door de bindende doelstelling in energiebesparing in de EED te verhogen met 13%. Het gaat hier om een vermindering van primair en finaal energieverbruik. Dit moet bereikt worden door middel van gedragsverandering en een versnelde verduurzaming van de gebouwde omgeving. Vervolgens wil de Commissie het aanbod van energie-import diversifiëren. De Commissie wil dit bereiken door gezamenlijk gas, zowel LNG als waterstof, in te gaan kopen. De Commissie ziet een geaggregeerde vraag van 30-70 bcm. De inkoop moet gebeuren volgens een soortgelijk platform aan het H2Global platform dat uitgerold wordt in Duitsland. Daarnaast moet het diversifiëren van productie door middel van zonne- windenergie en doorzetting van eigen aardgas productie de afhankelijkheid van Russisch gas verkleinen.

Ten derde, wil de EU de energietransitie versnellen met de volgende acties:

  • Door de doelen van de Renewable Energy Directive te verhogen van 40 naar 45% hernieuwbare energie in 2030;
  • Door de doelstellingen voor geïnstalleerde zonnepanelen te verhogen naar 320 GW in 2025 en 600 GW in 2030. Een verdubbeling van de huidige geïnstalleerde capaciteit;
  • Het versnellen van verduurzaming in de gebouwde omgeving door middel van warmtepompen, warmtenetten en hergebruik van industriële warmte;
  • Het verhogen van de doelstellingen voor waterstof naar 10 miljoen ton eigen productie en 10 miljoen ton geïmporteerde waterstof in combinatie met stimuleringsmiddelen voor de uitrol van waterstof in de industrie, waaronder carbon contracts for difference;
  • Het opschalen van biomethaanproductie naar 35 bcm in 2030;
  • Het versnellen van vergunningverleningprocessen.

En ten vierde door slim te investeren. Dit zal in infrastructuur zijn om ervoor te zorgen dat voldoende LNG, gas, olie en kolen geïmporteerd kan worden naar de EU. Het gaat dan over investeringen met een totale voorgestelde waarde van 93,7 miljard.

Betekenis voor Nederland

Deze plannen zijn van grote invloed op de Europese en Nederlandse energievoorziening. Hans Grünfeld, Algemeen Directeur van VEMW: “Sinds de inval van Rusland in Oekraïne zijn deze plannen in korte tijd ontwikkeld. Voor zover zij een versnellende werking op de energietransitie hebben en de diversificatie van de energie-import, verwelkomen we de plannen. Maar de vraag is of de opnieuw opgeschroefde doelstellingen haalbaar zijn, een verschil maken en de gewenste effecten hebben. Dit is zo snel nog niet te overzien. Voor import van LNG en waterstof zijn wij afhankelijk van nieuwe logistieke ketens binnen en buiten de Europese Unie. Dit vraagt grote investeringen waarvan het onduidelijk is of deze tijdig gedaan kunnen worden. Verder gaat in de voorgestelde plannen de aandacht vooral naar het aanbod van energie en minder naar de vraag. Het welslagen is sterk afhankelijk van de ondersteunende instrumenten die het de industrie mogelijk maken deze transitie te maken.”


VEMW, 23 mei 2022