Netbeheerders en producenten presenteren plan ‘Snel het net op’
Actieplan onvoldoende om urgent capaciteitstekort aan te pakken
Een aantal netbeheerders, producenten, en verschillende marktpartijen heeft een notitie gepubliceerd onder de titel “Samen sneller het net op”. In de notitie doen de gezamenlijke auteurs een aantal voorstellen om het netcapaciteitstekort aan te pakken, maar een oplossing voor de fundamentele oorzaken ontbreekt. VEMW is niet betrokken bij het opstellen van deze notitie.
Inhoud notitie
In de notitie worden maatregelen voorgesteld, verdeeld onder acht (8) hoofdpunten. De behoefte aan versnelde realisatie van elektriciteitsinfrastructuur (1), het versterken van het eigen vermogen van de regionale netbeheerders (2) en een oplossing voor het arbeidstekort (3) zijn evident. Het is daarom goed dat hier aandacht voor wordt gevraagd. Ook vragen de auteurs om meer inzicht in de gevolgen voor het elektriciteitsnet van het 60 procent CO2-reductiedoel voor 2030 (4).
Vervolgens wordt gepleit voor een jaarlijkse subsidie van 200 mln euro tijdens de jaren 2022 – 2025, om opslaginstallaties te stimuleren in congestiegebieden (5). Deze subsidie op opslagfaciliteiten leidt tot potentieel 7,5 GWp extra zon, zonder netverzwaringen. Deze gevraagde maatregel lijkt effectief een vergoeding te vormen voor opslagfaciliteiten om duurzame elektriciteit af te nemen op momenten dat er op het elektriciteitsnet geen transportvermogen beschikbaar is. De vergoeding is hoofdzakelijk te onderscheiden van congestiemanagement op basis van waar de kosten neerslaan en onder welke voorwaarden deze regeling wordt toegepast. Het is onduidelijk of aangeslotenen onder deze regeling onverminderd recht zullen hebben op congestiemanagement. Daarnaast wordt in de notitie gepleit voor snelle voortgang met een scala aan nieuwe regelgeving, waaronder het codewijzingsvoorstel congestiemanagement, de Energiewet, afschaffing van de volumecorrectiefactor, het faciliteren van non-firm ATO’s en uitvoering van het Klimaatakkoord.
Ook wordt voorgesteld om, met het oog op de nu ontstane netschaarste, netbeheerders in samenwerking met het Rijk en de decentrale overheden een proces te ontwikkelen hoe transportvermogen moet worden verdeeld (7). Momenteel gebeurt dit op basis van het ‘First-come-first-served’ principe, als invulling van de vereiste dat transportvermogen non-discriminatoir wordt verdeeld. De auteurs vragen om een andere invulling van de non-discriminatie-vereiste. Dit is juridischmogelijk, al is onduidelijk of er een beter alternatief voorhanden is. Ten slotte wordt voorgesteld om een gezamenlijk energieplan te maken voor het jaar 2050, met een duidelijke programmering hoe men naar een geschetst energiesysteem van de toekomst wil groeien (8).
Beknopte kanttekeningen
Een aantal genoemde maatregelen biedt goede aanknopingspunten om de economische schade door de reeds ontstane netcapaciteitsschaarste te beperken: het versterken van het eigen vermogen van regionale netbeheerders is een zuivere oplossing van de financieringsopgave, en ondersteuning van een gezonde arbeidsmarkt is vanzelfsprekend. Andere aanbevelingen, zoals een rol voor de provincies in het verdelen van de schaarse netwerkcapaciteit, moeten kritischer worden bezien. Provincies en andere overheden zijn namelijk aandeelhouder van de openbare netbeheerders, en hebben daarmee een financieel belang. Opmerkelijk is dat de onafhankelijke toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM), bewaker van de marktwerking, niet wordt genoemd als deelnemer in dit voorgestelde proces om juist het non-discriminatiebeginsel in te vullen.
Fundamentele oplossingen investeringstekort
De oorzaak van het investeringstekort, dat heeft geleid tot het huidige tekort aan transportcapaciteit, wordt met deze maatregelen niet verholpen. VEMW heeft meermaals oplossingen voor deze problematiek aangedragen. Dit vereist onder andere het ontwerpen en implementeren van een prikkel voor de openbare netbeheerders om proactief te investeren (hetgeen ook nu al is toegestaan). (Regionale) netbeheerders ervaren momenteel zeer beperkte financiële prikkels om transporttekorten te voorkomen en een sterke prikkel om transportoverschotten te vermijden. Daarnaast wordt ‘verzwaren tenzij’ evenals congestiemanagement vooralsnog onvoldoende toegepast, en wordt de toekomstige infrastructuurbehoefte onvoldoende nauwkeurig geschetst. VEMW pleit daarom voor een zorgvuldiger proces om de toekomstige infrastructuurbehoefte in te schatten en af te stemmen.
Hans Grünfeld, algemeen directeur van VEMW: “De notitie biedt zowel goede maatregelen als onverstandige voorstellen, waarbij de nuancering van maatregelen doorslaggevend zal zijn. De achterliggende oorzaak wordt daarmee niet opgelost: ontoereikende infrastructuurplanning- en afstemming en een gebrekkige prikkel tot het voorkomen van een investeringstekort. Problemen zoals een personeelstekort liggen juist binnen de invloedssfeer van de netbeheerder. Daarmee biedt deze notitie hooguit zicht op een verzachting van de problematiek, maar ontbreken de noodzakelijke stappen om het steeds nijpender wordende tekort aan infrastructuurcapaciteit effectief aan te pakken.”
VEMW, 1 februari 2022