Nieuw besluit betrouwbaarheidsnorm hoogspanningsnet van kracht
ACM waarschuwt voor gevolgen betrouwbaarheid stroomvoorziening
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft op 22 januari een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets (UHT) gepubliceerd over het ‘besluit uitvalsituaties hoogspanningsnet’. Dit besluit over de betrouwbaarheid van het elektriciteitsnet trad reeds op 1 januari 2021 in werking en bevat vrijstellingen voor specifieke onderdelen van het hoogspanningsnet (HS) van de enkelvoudige storingsreserve, alsmede regels voor het verlenen van ontheffingen. De ACM concludeert dat het besluit uitvoerbaar en handhaafbaar is, maar heeft ook kritiek op twee aspecten en doet een aantal suggesties voor de vormgeving van het besluit.
De enkelvoudige storingsreserve (n-1)
Uitval van onderdelen van het HS-net kan leiden tot grootschalige stroomonderbrekingen. Dit ontregelt de maatschappij en leidt tot hoge maatschappelijke schade en veiligheidsrisico’s. Om dit te voorkomen hanteren netbeheerders de zogeheten enkelvoudige storingsreserve, oftewel ‘n-1’. De enkelvoudige storingsreserve. Het HS-net moet zodanig ontworpen en in werking zijn, dat transport van elektriciteit ook is verzekerd wanneer zich een uitvalsituatie voldoet. Bij het aannemen van de Wet Versnelling Energietransitie (2018) is echter besloten om bepaalde onderdelen van het HS-net vrij te stellen van de n-1 eis, omdat de investeringen die de netbeheerder daartoe moet doen niet zouden opwegen tegen de maatschappelijke baten. Daarbij besloot het ministerie om voor de opwek van duurzame elektriciteit in het besluit af te wijken van de betrouwbaarheidsnorm. Op die manier zou er meer netcapaciteit op het HS-net kunnen worden vrijgegeven voor de snelle, door de netbeheerders onvoorziene, groei van duurzame opwek. De ACM heeft reeds in mei 2020 het voorgenomen besluit op uitvoering en handhaafbaarheid beoordeeld.
Betrouwbaarheid en non-discriminatie
De ACM signaleert in de UHT een risico voor de betrouwbaarheid van het HS-net als gevolg van de vrijstellingen, die ruimer begrensd zijn dan noodzakelijk. Ook ontbreekt er een prikkel voor TenneT, de beheerder van het HS-net, om het huidige niveau van betrouwbaarheid te waarborgen. Daarom doet de ACM een aantal suggesties om de betrouwbaarheid in dit besluit beter te handhaven. Zo suggereert de ACM om een aantal essentiële stations uit te zonderen van de vrijstellingen. Daarmee kunnen extreme uitvalsituaties voorkomen worden. Ook kan de frequentie van de uitvalsituaties gelimiteerd worden. In het besluit is dit namelijk niet gedaan. Tot slot kan de omvang van de onderbreking verder worden beperkt. In het besluit geeft EZK aan geen gehoor te geven aan deze suggesties. De begrenzingen sluiten volgens het besluit grotendeels aan bij de huidige praktijk. Een risicoanalyse uit 2013, waarin gesteld wordt dat het huidige niveau van betrouwbaarheid van het HS-net wordt gehandhaafd, wordt daarbij als referentiekader gebruikt. In het besluit staat dat daarmee in ieder geval voor transport ten behoeve van verbruik wordt aangesloten bij de huidige praktijk. EZK geeft aan dat in de voorgenomen Energiewet een basis voor een handhaafbare norm voor betrouwbaarheid kan worden opgenomen. Naast de suggesties ten aanzien van de betrouwbaarheid, signaleert de ACM een probleem dat ontstaat bij het onderbreking van transport ten gevolge van de uitval van een verbinding, transformator of rail. De duur van de uitval is voor producenten langer begrensd dan voor verbruikers. Dit strookt niet met het non-discriminatie principe. Daarnaast ontstaat er zonder financiële vergoeding een niet te rechtvaardigen onderscheid tussen produceten die wel en niet worden afgeschakeld. De ACM wil dat het besluit dit beter specificeert. In het besluit is daarom een nadere toelichting toegevoegd en wordt voorgenomen om de voorwaarden voor vergoeding nader uit te werken in de Netcode Elektriciteit.
Hans Grünfeld, Algemeen Directeur van VEMW: “Wij zijn zeer kritisch over de procedure waarbinnen dit besluit tot stand is gekomen. Eind 2019 is er een onvolledig besluit ter consultatie voorgelegd aan stakeholders en de Tweede Kamer. Tijdens die consultatie heeft VEMW een aantal kritiekpunten aangehaald, waaronder de strijdigheid met het non-discriminatieprincipe. In de UHT stelt de ACM zich terecht kritisch op over de effecten van dit besluit op de betrouwbaarheid. EZK geeft hier geen gehoor aan en baseert zich op een risicoanalyse uit 2013, waar de nieuwe vrijstellingen voor duurzame opwek vanzelfsprekend geen onderdeel van uit maakten. Het is daarom niet met zekerheid te stellen dat dit besluit aansluit bij de huidige mate van betrouwbaarheid. Bovendien zien wij in het wetsvoorstel Energiewet, dat nu ter consultatie ligt, de basis voor een handhaafbare norm voor betrouwbaarheid onvoldoende terug. Dit zullen wij meenemen in onze Zienswijze voor de consultatie over de Energiewet.”