Terug naar nieuws

ACM legt met versnelde afschrijving kosten afnemend netgebruik eenzijdig bij gebruikers

ACM publiceert ontwerp methodebesluit GTS voor periode 2022-2026

Gassen Prijzen en tarieven1 september 2020Thessa de Ridder

Landelijk gasnetbeheerder GTS mag haar kosten de komende jaren degressief in rekening brengen bij de netgebruikers met het oog op een snellere afname van het capaciteitsgebruik van haar netwerk. Toezichthouder ACM legt met die keuze voor een versnelde afschrijving – in plaats van afwaardering van investeringen - de risico’s en kosten eenzijdig bij de netgebruikers. Dat is de belangrijkste verschuiving in de uitgangspunten voor het nieuwe methodebesluit GTS 2022-2026 dat toezichthouder ACM heeft opgenomen in haar ontwerpbesluit dat gisteren is gepubliceerd en tot en met 12 oktober 2020 ter consultatie heeft voorgelegd aan partijen in de energiemarkt. VEMW zal in overleg met haar leden een zienswijze voorbereiden.

Kostenverschuiving
Met het oog op de afname van het gasgebruik en bijgevolg de lagere gastransport capaciteitsboekingen in de toekomst als gevolg van de reductie van de gaswinning in Groningen en de transitie naar hernieuwbare energiebronnen, biedt toezichthouder ACM in het ontwerpmethodebesluit ruimte aan GTS om de afschrijving van investeringskosten met een factor 1,3 te versnellen en eerder in rekening te brengen bij de netgebruikers. De kosten van het gastransportnet worden nu nog door een grote groep gasafnemers gedragen. Deze groep wordt door genoemde ontwikkelingen kleiner wanneer meer en meer bedrijven en huishoudens ‘van het gas af gaan’. Hoe kleiner die groep gasgebruikers wordt, hoe hoger de tarieven per afnemer moeten worden om de kosten van GTS te vergoeden. Modellen laten zien dat die tarieven richting 2030 met 40-80 procent zouden kunnen toenemen. Door nu al rekening te houden met deze ontwikkeling wordt – aldus de toezichthouder - een stijging van de tarieven op langere termijn beperkt.

Algemeen directeur Hans Grünfeld van VEMW: “VEMW en andere representatieve organisaties van gasnetgebruikers hebben er bij ACM op aangedrongen om investeringen die GTS en haar rechtsvoorganger in het verleden hebben gedaan af te waarderen in plaats van – vervroegd – af te schrijven. Reden: het risico van de investeringen mag niet eenzijdig neergelegd worden bij netgebruikers omdat zij geen directe invloed hebben op de oorzaken van het teruglopende netgebruik. Die oorzaken zijn een gevolg van politieke keuzes. Daarom moeten de effecten op het netgebruik via een afwaardering van investeringen bij de netbeheerder en haar aandeelhouder, de Staat, gelegd worden. ACM gaat hierin niet mee vanuit het uitgangspunt dat bij de investering in de netten sprake is van opgewekt vertrouwen waardoor GTS te allen tijde de doelmatige kosten terug moet kunnen verdienen. Uit principieel en materieel oogpunt overwegen wij bezwaar aan te tekenen bij deze keuze van de toezichthouder.”

Uitgangspunten
Het huidige methodebesluit loopt van 2017-2021. Het door ACM gepubliceerde nieuwe methodebesluit voor GTS beslaat ook een periode van 5 jaar en loopt van 2022-2026. Het belangrijkste nieuwe uitgangspunt is zoals gezegd een andere verdeling van de afschrijving over de tijd en verplaatsing van kosten naar voren in de tijd. ACM neemt daarmee afscheid van de zogenaamde ideaalcomplex benadering, die uitgaat van een gelijkblijvende lengte, capaciteit en functionaliteit van het net. Door een methode van ‘doorrollen en bijschatten’ worden de doelmatige kapitaalkosten geschat door de kapitaalkosten tijdens de reguleringsperiode van al gedane investeringen uit te rekenen (doorrollen) en de kapitaalkosten tijdens de reguleringsperiode van nog in gebruik te nemen investeringen expliciet te schatten (bijschatten). Dat zou een preciezere manier zijn om kapitaalkosten uit te rekenen aan de hand van gerealiseerde en geschatte investeringen, de afschrijvingsmethode, de afschrijvingstermijnen en de WACC.

ACM zal de toegestane efficiënte kosten voor GTS net als in de vorige reguleringsperiode baseren op een Europese benchmark van transmissiesysteembeheerders (TSO’s). Uit de benchmark blijkt dat GTS haar doelmatigheid nog kan verbeteren. Doordat ook de kapitaalslastenvergoeding WACC (2,9% voor nieuw vermogen en 3,1% voor bestaande assets in 2022) is verlaagd zal GTS - volgens het ontwerpmethodebesluit - in 2026 zo’n 14 procent minder kosten in rekening mogen brengen bij netgebruikers dan in 2020.

Algemeen directeur Hans Grünfeld van VEMW: “wij zijn verheugd dat ACM de Europese kostenbenchmark, die in 2017 voor het eerst is toegepast, opnieuw gebruikt om de doelmatige kosten voor GTS vast te stellen. Daarnaast biedt de keuze van 5 jaar voor de lengte van de reguleringsperiode zowel netgebruikers als de netbeheerder meer zekerheid over de hoogte van de tarieven voor de komende jaren, en draagt bij aan de stabiliteit en de investeringszekerheid.”

VEMW, 1 september 2020