Nederlandse industrie emitteert CO2 op niveau van beste 10 procent van Europa
Sectorale spreiding uitstoot 32% onder tot 6% boven benchmark
De Nederlandse industrie presteerde in 2018 gemiddeld op het niveau van de beste 10 procent van Europa als het gaat om CO2-efficiëntie. Gemiddeld, want tussen de verschillende sectoren is de spreiding groot. Dat blijkt uit de eerste resultaten van het onderzoek naar de CO2-efficiëntie van de Nederlandse industrie die onder het Europese emissiehandelssysteem (EU ETS) valt, dat de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) heeft gepubliceerd.
Uitstoot
De circa 300 grootste energie-intensieve Nederlandse bedrijven vallen onder het EU ETS. Hun CO2-uitstoot wordt gemonitord en jaarlijks gerapporteerd aan de NEa. De NEa kijkt niet alleen naar de totale CO2-uitstoot van de industrie, die overigens al jaren afneemt, maar kijkt ook naar de CO2-efficiëntie door te kijken naar de hoeveelheid CO2 die bij de productie van een vaste hoeveelheid product wordt uitgestoten. Voor de belangrijkste producten en processen worden sinds 2011 zogenaamde benchmarks vastgesteld. Dat is een maatstaf voor de hoeveelheid CO2 (ton) die vrijkomt bij het productieproces van een vaste hoeveelheid van een specifiek product (ton), zoals bijvoorbeeld staal, keramiek of papier (x ton CO2/ton product).
Onderzoek
Het onderzoek maakt een vergelijking tussen waar de Nederlandse industrie nu (2018) staat en waar de meest CO2-efficiënte 10 procent van de Europese industrie stond in 2008. Die vergelijking is mogelijk omdat op basis van de EU ETS gegevens van alle Europese industriële bedrijven in 2008 is vastgesteld hoe efficient de 10 procent best presterende bedrijven opereren. Op basis van deze informatie zijn zogeheten benchmarks vastgesteld in 2011.
De resultaten van het onderzoek laten zien dat de Nederlandse industrie in 2018 gemiddeld op het niveau van de beste 10 procent van Europa presteert als het gaat om CO2-efficiëntie. Van de 282 bedrijven die zijn meegenomen in het onderzoek, presteert 44 procent boven, en 56 procent onder benchmarkniveau. Tussen de verschillende sectoren is de spreiding groot. De papierindustrie doet het 32 procent beter en de voedingsmiddelen 13 procent beter dan de Europese benchmark (samen 0,45 Mton minder uitstoot dan de benchmark). Zes sectoren presteren precies op of net onder benchmarkniveau, waar de sector vervaardiging van niet-metaalhoudende minerale producten, zoals glas, keramiek en asfalt, gemiddeld het verst van de benchmark verwijderd zijn (-6 procent t.o.v. de benchmark). De basismetaal en de raffinagesector zitten circa 2 procent onder de benchmark (samen 0,35 Mton meer uitstoot dan de benchmark).
Binnenkort worden overigens nieuwe en dus meer actuele benchmarks vastgesteld door de Europese Commissie. Dan is het ook mogelijk om de Nederlandse industrie te vergelijken met de beste 10 procent in Europa in 2018.