Rechter: Enexis moet afnemer aansluiting én transportcapaciteit bieden
Netbeheerder mag niet discrimineren in verdelen van transportcapaciteit
Regionaal netbeheerder Enexis moet Energiepark Pottendijk in Drenthe binnen één week een aanbod doen voor een aansluiting van 60 MVA op het dichtstbijzijnde punt in het door Enexis beheerde openbare elektriciteitsnet dat voldoet aan de wettelijke eisen. In dat aanbod mogen geen contractuele transportbeperkingen opgenomen worden. Enexis heeft na aanvaarding van het aanbod door de afnemer 12 maanden de tijd om de aansluiting te realiseren.
Dat was de uitspraak van de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 12 september 2019. Enexis heeft vervolgens een aanbod gedaan mét transportbeperking. Daarop legt de voorzieningenrechter Enexis nu een dwangsom op van 25.000 euro voor iedere dag of dagdeel waarvan zij niet voldoet aan de uitspraak. VEMW is verheugd over de uitspraak die bepaalt dat de netbeheerder aan zet is om de afnemer toegang tot de markt te bieden.
Zaak
Een afnemer in Drenthe, Energiepark Pottendijk, heeft aan de regionale netbeheerder Enexis een aanbod gevraagd voor een aansluiting van 60 MVA. Enexis heeft hierop een offerte gestuurd voor zo’n aansluiting, zonder offerte voor transportcapaciteit op deze aansluiting en zonder aanbod voor realisatie van de aansluiting binnen 12 maanden na aanvaarding van de offerte. De afnemer wil een aansluiting in een gebied waarvoor de netbeheerder voorziet dat niet alle transportverzoeken volledig gehonoreerd kunnen worden. Reden voor de afnemer om naar de rechter te stappen.
Wetgeving
In de Elektriciteitswet is bepaald dat degene die daarom verzoekt recht heeft op een aansluiting. De plicht van de netwerkbeheerder om degene die daar om verzoekt aan te sluiten is onvoorwaardelijk en niet afhankelijk gesteld van de vraag of er transportcapaciteit aanwezig is. Indien de netbeheerder de aanleg van een aansluiting aanbiedt mag daar geen voorwaarde aan verbonden worden dat de verzoeker geen gebruik maakt van transportcapaciteit op dat netwerk.
De plicht van de netbeheerder om een aanbod voor transport van elektriciteit te doen geldt niet indien de netbeheerder redelijkerwijs geen capaciteit ter beschikking heeft voor het gevraagde transport. De bewijslast voor die transportcapaciteitsbeperking (‘congestie’) rust op de netbeheerder zelf. De netbeheerder moet bij een transportcapaciteitsbeperking zogenaamd ‘congestie-management’ toepassen, waarbij de beschikbare capaciteit in het congestiegebied wordt verdeeld volgens een vraag en aanbodmechanisme. Congestie-management dient uitsluitend ter overbrugging van de periode die resteert tot het moment waarop het (de) net(ten) zodanig verzwaard, gewijzigd of uitgebreid is (zijn) dat het gevraagde transport volledig beschikbaar gesteld kan worden. Congestie is daarmee altijd tijdelijk en beperkt tot een zo klein mogelijk gebied.
|
Beslissing
In zijn uitspraak van 12 september 2019 gebiedt de voorzieningenrechter Enexis om binnen één week aan de afnemer een aanbod te doen voor een aansluiting van 60 MVA op het dichtstbijzijnde punt in het door Enexis beheerde openbare elektriciteitsnet dat voldoet aan de wettelijke eisen. In dat aanbod mogen geen contractuele transportbeperkingen opgenomen worden. Enexis heeft na aanvaarding van het aanbod door de afnemer 12 maanden de tijd om de aansluiting te realiseren. Enexis heeft na de uitspraak van 12 september 2019 een aanbod gedaan mét transportbeperking. Daarop legt de voorzieningenrechter Enexis nu een dwangsom op van 25.000 euro voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet voldoet aan de uitspraak genoemde uitspraak.
Algemeen directeur Hans Grünfeld van VEMW: “we zijn verheugd over deze uitspraak van de rechter, in lijn met een eerdere uitspraak van een zaak van afnemer Schenkeveld tegen netbeheerder Liander in de Haarlemmermeer, omdat die nog eens duidelijk maakt dat iemand die verzoekt om een aansluiting op een elektriciteitsnet daar recht op heeft, inclusief het transport van elektriciteit naar die aansluiting. Zonder aanbod van een aansluiting én het transport wordt feitelijk gediscrimineerd op basis van ‘first come first served’. Indien er toch onvoldoende transportcapaciteit beschikbaar is, dient een systeem van congestiemanagement toegepast te worden om de schaarse beschikbare capaciteit doeltreffend en doelmatig te verdelen. Congestie is altijd beperkt in gebied en tijd. Dat impliceert dat de netbeheerder tijdig moet investeren in nieuwe transportcapaciteit indien er sprake is van een – verwacht - structureel tekort in een netgebied. Het is dus de netbeheerder die in deze opzichten aan zet is en de afnemer toegang tot de markt moet bieden.”