Terug naar nieuws

VEMW uit zorgen over lange termijn consequenties stikstofbeleid

Adviescollege biedt korte- maar geen lange termijn oplossingen om impasse te doorbreken

26 september 2019Thessa de Ridder

Het Adviescollege Stikstofproblematiek beveelt de regering en de Tweede Kamer met het rapport ‘Niet alles kan’ een aantal maatregelen aan die op korte termijn effect sorteren ten aanzien van de emissies en deposities van stikstof, en onder welke voorwaarden toestemming kan worden verleend aan activiteiten die stikstofuitstoot veroorzaken. Voor de langere termijn brengt het Adviescollege voor de zomer van 2020 advies uit over een nieuwe aanpak van de stikstofproblematiek. VEMW heeft begrip voor korte termijn maatregelen die een bijdrage kunnen leveren zonder Nederland op slot te zetten, en maakt zich zorgen over de lange termijn consequenties van het stikstofbeleid.

Programmatische Aanpak Stikstof (PAS)
Op 29 mei jl. heeft de Raad van State uitspraak gedaan over het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Met een verstrekkende impact: de onderbouwing van het PAS is in strijd met de eisen uit het Europese natuurbeschermingsrecht en kan niet langer worden gebruikt voor toestemmingverlening van activiteiten die stikstofemissie veroorzaken in - de buurt van - kwetsbare Natura 2000-gebieden. De afgelopen 4 maanden zijn meer dan 18.000 projecten van verschillende omvang en in verschillende sectoren in Nederland stopgezet omdat de provincies geen – nieuwe en revisie - vergunningaanvragen in behandeling nemen zolang er geen juridische duidelijkheid is, met name t.a.v. een acceptabele en deugdelijke onderbouwing van stikstofdeposities als gevolg van een activiteit.

Advies
Het Adviescollege Stikstofproblematiek heeft met name gekeken welke maatregelen op korte termijn effect sorteren (emissiereductie) en onder welke voorwaarden toestemming kan worden verleend aan activiteiten, met name in de mobiliteit en de landbouw, die stikstofuitstoot veroorzaken. Voor de langere termijn brengt het Adviescollege voor de zomer van 2020 advies uit over een nieuwe aanpak van de stikstofproblematiek.

Het college stelt vast dat de huidige impasse complex is, en dat niet voor alle projecten en regio’s in hetzelfde tempo een oplossing voorhanden zal zijn. Exacte gegevens over de huidige staat van de instandhouding van Natura 2000-gebieden en de resultaten van maatregelen tot nu toe zijn niet volledig beschikbaar. Het college adviseert versneld herstel- en verbetermaatregelen uit te voeren in de kwetsbare Natura 2000-gebieden, gericht op geloofwaardig en aantoonbaar herstel van die gebieden. Met een gebiedsgerichte aanpak die is gekoppeld aan de mate waarin de huidige kritische depositiewaarde overschreden wordt. De reductie van emissies en deposities, en versneld natuurherstel moeten volgens het college randvoorwaardelijk zijn voor oplossing van de gerezen knelpunten en voor toekomstige toestemmingverlening; geborgd en handhaafbaar. Het Adviescollege adviseert de provincies op korte termijn in beeld te brengen in hoeverre verschillende industriële sectoren een negatieve bijdrage leveren aan de stikstofdepositie in stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden, welke maatregelen nodig zijn, en welk (activerend) beleid kan worden gevoerd vanuit het Rijk en de provincies voor het stimuleren van de toepassing van nieuwe technieken en voor innovaties in de industriële sector. Vanuit een integrale blik van het stikstofprobleem in samenhang met klimaatdoelen en de transitie naar duurzame energie.

Zorgen
Algemeen directeur Hans Grünfeld van VEMW: “wij kunnen gelukkig vaststellen dat het Adviescollege Stikstofproblematiek mogelijke maatregelen ziet die op de korte termijn een bijdrage kunnen leveren aan reductie van de stikstofemissies en -deposities zonder dat Nederland na 4 maanden van impasse op slot blijft. Tegelijkertijd hebben we grote zorgen over de lange termijn stikstofproblematiek. De onzekerheid duurt in ieder geval nog een jaar voort, waardoor bedrijven lange termijn investeringen zullen uitstellen en in het slechtste geval afstellen. Het is van het allergrootste belang dat zo spoedig mogelijk duidelijkheid wordt geboden, zeker ook in het licht van de industrie- en energietransitie waarbij forse investeringen gedaan moeten worden om de emissies van broeikasgassen te reduceren.”