Terug naar nieuws

Toename belastingdruk bedrijfsleven door verhoging en verschuiving tarieven

Kabinet stelt ook aantal stimuleringsinstrumenten open

Klimaat Belastingen18 september 2019Thessa de Ridder

Energiegrootverbruikers worden in 2020 geconfronteerd met een generieke tariefstijging in de Energiebelasting en de ODE-heffing en een kostenstijging door een verlegging van de lastenverdeling tussen huishoudens en bedrijven van 50/50 naar 33/67. In het Belastingplan 2021 wordt de invoering van een CO2-heffing voor de industrie opgenomen. Naast de fiscale maatregelen stelt het kabinet ook een aantal stimuleringsinstrumenten open.

Belastingdruk
Het kabinet heeft met de Rijksbegroting voor 2020 een Wet fiscale maatregelen Klimaatakkoord gepresenteerd, die zich onder meer richt op de mobiliteit, gebouwde omgeving en afval. Het bedrijfsleven wordt geconfronteerd met een verschuiving in de Energiebelasting van elektriciteit naar aardgas. Doel is het gebruik van aardgas te ontmoedigen ten gunste van energiebesparing en hernieuwbare energie (groen gas, elektriciteit).

De ODE wordt ‘Wet opslag duurzame energie- en klimaattransitie’. Het kabinet heeft een voorstel voor de ODE-tarieven voor 2020 gedaan, waarbij de energiegrootverbruikers meer moeten gaan bijdragen door naast een generieke tariefstijging de lastenverdeling tussen huishoudens en bedrijven van 50/50 naar 33/67 te verleggen. De 3e en 4e belastingschijf worden verhoogd. Door de voorgestelde tariefstelling in 2020 draagt de sector industrie in 2020 circa 390 miljoen euro bij aan de opbrengst van de ODE. De daadwerkelijke lasten per bedrijf zijn afhankelijk van het energieverbruik, maar de verhoging in combinatie met de verschuiving betekent voor grootverbruikers in 2020 bijna een verdrievoudiging van de ODE-kosten. De jaarlijkse tarieven voor de ODE zullen ook na 2020 steeds vastgesteld worden conform de afspraken in het Klimaatakkoord.

Het budget voor de regeling indirecte kostencompensatie, voor CO2-kosten die in de elektriciteitsprijs zijn opgenomen en die zouden maken dat EU-ETS deelnemers dubbel zouden betalen voor CO2, is opgeschroefd van 72 naar 105 miljoen. Belangrijkste reden is de fors gestegen CO2-prijs. De invoering van een CO2-heffing voor de industrie, als onderdeel van het Klimaatakkoord, wordt voorzien voor het Belastingplan 2021. Voor de zakelijk gebouwde omgeving is nog van belang dat de tarieven voor de overdrachtsbelasting ‘niet-woningen’ wordt verhoogd.

Stimulering
Het kabinet komt met een investeringsagenda en onderzoekt de opzet voor een investeringsfonds voor projecten die Nederland sterker moeten maken op gebied van kennisontwikkeling, innovatie en infrastructuur. Met de oprichting van Invest-NL stimuleert het kabinet investeringen die nu al kunnen plaatsvinden bij ondernemingen die gericht zijn op de grote transitie-opgaven en de doorgroei van ondernemingen. Invest-NL krijgt een projectontwikkelingstak met een jaarlijkse subsidie van 10 miljoen euro, en daarnaast de mogelijkheid om zelf te investeren uit het investeringskapitaal dat start met 1,7 miljard euro voor projecten waar een positief rendement mogelijk is.

Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat zet conform het politieke Klimaatakkoord in op het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid. Voor de verduurzaming van de industrie wordt 60 miljoen euro aan extra middelen beschikbaar gesteld in 2020 voor de versnelling van waterstofprojecten en CCS-proefprojecten (afvang, transport en opslag van CO2) en innovatie in CCU (koolstofhergebruik). Daarnaast wordt 35 miljoen euro beschikbaar gesteld voor innovatie en demonstratieprojecten in de elektriciteitssector. In de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken is een onderzoeksprogramma CO2-neutrale gebouwde omgeving opgenomen met een budget van 125 mln euro in 2020.