Het boek is in 2021 verschenen, naar aanleiding van de 50e verjaardag van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo) en het 20-jarig bestaan van de Europese Kaderrichting Water (KRW). Voor het waterkwaliteitsbeheer in ons land zijn beide regelingen van grote betekenis (geweest).
In het boek wordt terug gekeken - van het verleden valt immers te leren - , maar wordt vooral ook vooruit gekeken. Daarbij worden de Wvo en de KRW als de belangrijkste regelingen voor het waterkwaliteitsbeheer gezien. De Nederlandse waterkwaliteit is de laatste 50 jaar sterk verbeterd, maar nog niet overal wat die zou moeten zijn. Er zijn nog forse inspanningen nodig. Het boek biedt ruimte voor theoretische beschouwingen, maar zoekt met een verschillende casussen ook aansluiting bij de dagelijkse uitvoeringspraktijk van het waterkwaliteitsbeheer.
Vragen die aan de orde komen zijn onder meer: Hoe is het beheer georganiseerd? Hoe steekt het vergunningenstelsel, de algemene regels en de heffing in elkaar? Welke ontwikkelingen zijn er in de zuiveringstechniek? Welke impuls gaf de Kaderrichtlijn Water? Wat zijn de gevolgen van de komende omgevingswet?
Een ieder uit het werkveld zou zich in het boek moeten kunnen herkennen en daardoor uitgedaagd en geprikkeld worden. Vandaar de keuze voor een gemengd samengestelde auteursgroep, waarin zowel de wetenschap als de uitvoeringspraktijk van die bijzondere waterwereld goed vertegenwoordigd zijn.
Bron: KNW